Delen uit Neef Wim zijn Bestaan
Wim probeert wel eens een woord uit op zijn Moeder. Dan begint hij tegen Moeder te praten, met gewone alledaagse zinnen, die hij goed kent omdat hij ze wel vaker gebruikt. Hij weet dat ze het goed doen, dan kan daar geen misverstand uit ontstaan. En daarna, als Moeder met haar gewone alledaagse nietszeggendheid heeft gereageerd op de eerste zinnen, doet Wim er een nieuw woord in. Vaak reageert Moeder dan met een woeste uithaal van haar rechterarm, of linkerarm, als ze haar rechterarm al voor een ander karweitje had ingezet. Neef Wim weet wat er komt, duikt met een snelle beweging van zijn lenige jongenslichaam onder de onstuitbaar voortzwiepende arm door en beklimt kalm het trapje naar zijn jongenskamertje op de eerste verdieping.
- Details
Neef heeft zijn ogen niet in zijn zak zitten als hij buiten is. Hij kijkt wel uit. 'Wie weet, vind ik iets op straat en zo niet, dan is er altijd wel een of ander landschap of stadsgezicht dat zich voor mijn ogen ontrolt als ik een beetje oplet. En zo'n landschap is best de moeite waard, of het nou in de bebouwde kom is of daarbuiten.' In het miezerige dorpje waar Neef woont met zijn Geweldige Moeder zijn het de gevels en de bakstenen die zich kunnen verheugen in Neefs belangstelling. Een landschap zonder bebouwing staat meestal vol gras of bomen of anders wel levende have. Een afgrond heeft Wim nog nooit gezien, dus hij vraagt zich af of hij dat nog eens zal meemaken. En wat hij daarover aan Moeder zou vertellen.
- Details
Als Neef Wim naar de kermis gaat, wil hij het liefst een paar guldens mee van Moeder, anders kan hij nergens in. Moe haar guldens rammelen in de broekzak van zijn broek en roepen stuk voor stuk: Ik wil er uit! Ik wil naar die kermisjuffrouw achter dat raampje met dat ronde gat erin! Neef Wim zou wel eens willen weten hoe die juffrouw dat ronde gat in dat raampje van dat kleine kamertje heeft gekregen. Als Neef klaar is met de kermis gaat hij weer naar huis. Hij geeft alle guldens terug aan Moe, omdat hij weet dat zij ze wel beter gebruiken kan.
- Details
Neef Wim wist zelf ook wel dat de herfst was begonnen. Daar had hij geen geleerde boeken of zijn fijne Juf voor nodig. En dat er dan links en rechts een blaadje van een boom op de grond zou liggen, ja, daar had onze Neef alle begrip van de hele wereld voor. Maar zo’n hele bult bladeren, dat leek Wim wel overdreven. Dat was Herfst met een Hoofdletter! Maar Herfst hoeft helemaal niet met een hoofdletter. Dat wist hij dan weer wel van Juf! Want Juf had ook alles over hoofdletters geleerd. Daar hoefde niemand haar iets over wijs te maken!
- Details
Pagina 1 van 6